13 juni 2021
In de Volkskrant belicht cultuurjournalist Wieteke van Zeil wekelijks in de rubriek “Oog voor detail” een op het eerste gezicht onopvallend fragment van een schilderij of ander kunstwerk. Vaak heb ik na lezing van haar beschouwing een andere kijk op het betreffende kunstwerk. Rijker. Dit overkwam me ook tijdens de door Tiny en René georganiseerde KVU kajaktocht afgelopen zondag door Zaandam en het Oostzanerveld. Dit laatste, een veenweidegebied, kende ik al om dat ik vroeger in die omgeving woonde. Wandelend, fietsend en varend heb ik destijds vele hoekjes gezien. In het Twiske heb ik ooit nog een fles wijn begraven, met het plan om die tijdens een romantische gelegenheid op te duiken. Gelegenheden waren er; die fles heb ik nooit teruggevonden.
Maar dan Zaandam. Ik vond het altijd een onaantrekkelijke plaats. Ondanks een aantal industriële monumenten langs de Zaan en ondanks ook de karakteristieke groene, houten huisjes, door Claude Monet zo mooi in olieverf vastgelegd. Het zijn toch artefacten in een verder voor mij weinig inspirerende omgeving.
Het startpunt van onze tocht, een troosteloze parkeerplaats, Kuilpad in Zaandam, bevestigde dit beeld. Maar ik zat nog niet in mijn kajak of dit beeld werd bijgesteld. Voor mij zag ik een prachtig water omgeven doorwilde struiken en bomen en om de zoveel honderd meter overspannen door ranke, houten loopbruggen. Een ‘Wieteke van Zeil’ moment.
Het bleef niet bij één detail. De hele route die we met ons negenen aflegden, toonde een veelheid aan groene aders door en om Zaandam. René en Tiny hadden er, fietsend over een groene fietsroute, een stukje van gezien en vervolgens per kajak ontdekt dat er een uitgebreide ‘natuurlijke infrastructuur’ lag in de stad. Veel dank dat zij dit met ons wilden delen! Mocht je overigens ooit nog een mooi huis zoeken in een groene omgeving, aan het water (en een gevulde portemonnee hebben), zoek eens in Zaandam.
Voor de rest van dit verslag zou ik kunnen volstaan met de bijgevoegde foto’s die Justus onderweg nam. Het zou de tocht tekort doen. Daarom hier nog wat impressies, observaties en een tip:
1).Het was opmerkelijk rustig en er waren aanmerkelijk minder gemotoriseerde watergebruikers dan we verwachtten met zo’n zonnige, zomerse zondag.
2). In onze groep van negen, twee vrouwen en zeven mannen, bleek ieder een eigen interpretatie te hebben van wat koffie-, lunch- en theepauzes inhouden. Energierijke hapjes en sapjes horen er altijd bij.
Lunchpauze bij beeld van onbekende maker
3).Ik heb geleerd dat er snel en langzaam water is. Het peddelen in de ondiepe veensloten van het Oostzanerveld was aanzienlijk zwaarder dan op de diepere Jagersplas in Zaandam.
4).Ook tochtleiders missen soms de juiste afslag. Het gesprek tussen René en een kudde schapen bood geen soelaas.
Gelukkig hadden we Tiny nog.
5).Wat is het verschil tussen een brug en een tunnel. De doorgang onder de A7 gaf antwoord op deze, tijdens het varen gestelde vraag. Een brug gaat over iets heen en je vaart er onderdoor en een tunnel gaat ergens onder door en je vaart er doorheen, als je tenminste niet knel komt te zitten. Of opgehouden wordt door een (hé, doorvaren!) fotograaf.
6).Peddelaars zijn zorgzame, kordate sporters zonder haast, maar ze houden wel van doorvaren. Waar ik zelf vaak ruim de tijd neem om stil te liggen om de natuur te ervaren en vogels te kijken, waren de pauzes nu louter van culinaire aard. Nu moest ik volstaan met luisteren naar hoe de kleine karekiet, in tal van variaties, en de tjiftjaf, tweetonig, hun naam riepen. We kwamen er overigens achter dat de kabaalmakers die in Ton’s dakgoot nesten, scholeksters zijn.
7).Tip: vertel tijdens een tocht nooit dat je de pensioengerechtigde leeftijd hebt bereikt, want dan moet je het tochtverslag schrijven, of je nou nog doorwerkt of niet.
Kortom, een alleszins mooie, gezellige en verrassende tocht. Zeker weten dat, als Claude Monet meegevaren was, hij misschien geen vier maanden maar toch zeker vier dagen gebleven was om de natuur van de Zaanstreek op zijn Iphone vast te leggen. Wie weet beschouwen mensen in volgende eeuw onze vaarfotograaf Justus als de nieuwe Monet